6. Captain Treffry, de commandant van Thomas Sleijster
door Joop Sleijster
Inhoudsopgave
1. De prehistorie van de familie Sleijster
2. Robert Dudley
3. Sir Francis Vere
4. Horace Vere
5. Henry Hexham
6. Kapitein Treffry, de commandant van Thomas Sleijster
- Lees meer over Thomas' soldatenleven (pdf)...
7. De Treffry Familie
8. Treffry in Suriname
9. John Treffry Esq. en Thomas Sleijster naar Nederland
10. Ten slotte
11. Losse eindjes... de naam Sleyter
Inleiding
Er zijn diverse speculaties over de voorouders van Thomas Sleijster.
Uit Duitsland?
De Sleijster-naam zou uit Duitsland komen ( www.sleyster.nl/06.hrctekst.htm ).
Uit Engeland?
Of Thomas zou als militair uit Engeland gekomen zijn, wat in dit artikel aannemelijk wordt gemaakt.
(zie ook: www.sleyster.nl/03.oudstegegevens.htm )
Onecht kind van Dudley?
Of hij zou een ('onecht') kind van Robert Dudley zijn geweest, wat echter minder waarschijnlijk is. Maar het zou wel kunnen - waarmee een veel langere stamreeks mogelijk zou zijn:
- tot 967, zie: www.sleyster.nl/03.oudstegegevens-leicester-tree.htm
- of zelfs tot Adam, zie: 03.oudstegegevens-adam.htm
In het hier gepresenteerde onderzoek wordt meer bekend over de situatie in Zutphen onder Robert Dudley (Hoofdstuk 2), Francis Vere (H.3) en Horace Vere (H.4), en Captain Treffry (H.6). Thomas diende in deze periode onder captain Treffry die uit Engeland kwam. Dit zou dus kunnen duiden op een Engelse afkomst.
Er zijn ook nog enkele 'losse eindjes' (H.11), namelijk mensen in Engeland met de naam Sleyter. Ook Thomas Sleyter. Het zou dus ook kunnen zijn dat dit 'onze' Thomas is of familie c.q. voorouders van Thomas Sleijster.
Volgens dit onderzoek lijkt het erop dat Thomas samen met Sir Horace Veere en de 2000 militairen in 1620 naar de Nederlanden kwam. Dat klopt ook aardig met de leeftijd van Henry Treffry (geboren 1583) en toen (in 1620) 37 jaar oud, overleden in 1644 op 61 jarige leeftijd.
1. De prehistorie van de Sleijster-familie
Een onderzoek van Joop Sleijster - juni 2011
"De stad Zutphen schaarde zich in 1572 aan de zijde van de Prins van Oranje, nadat in juni 1572 de stad werd ingenomen door een zwager van Willem van Oranje, graaf Willem van den Berg.
Hij verdreef de Spanjaarden, die echter op 17 november 1572 de stad onder Don Frederik van Toledo, de zoon van de hertog van Alva, terugveroverden en honderden inwoners executeerden, het 'Bloedbad van Zutphen'.
Er volgden jaren van wisselende bezetting en belegeringen. Het grootste deel van de bevolking was weggetrokken of vermoord.
In 1579 kwam Zutphen aan de zijde der Staten te staan, doch werd in 1583 door Tassis bezet en bleef door de Spanjaarden bezet.
2. Robert Dudley
Robert Dudley (24 juni 1533 – 4 september 1588), 1e graaf van Leicester, kwam als vertrouweling van Elizabeth I van Engeland de opstandelingen in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden als Engels landvoogd van 1585-1587 te hulp.
De slag bij Zutphen, een confrontatie tussen protestantse Nederlandse burgers, geholpen door Engelse soldaten tegen de katholieke Spaanse troepen, had plaats op 22 september 1586 in en rond Zutphen.
De Engelsen, een ongeveer 6000 man tellend contingent onder aanvoering van Robert Dudley, de eerste graaf van Leicester, waren na de moord op Willem van Oranje, op verzoek van de Nederlandse Staten-Generaal door hun koningin Elizabeth I het Kanaal overgestuurd om te helpen bij het tot staan brengen van de Spaanse opmars, zij hadden daarbij echter geen noemenswaardig succes.
De slag werd gewonnen door de Spanjaarden, niet in de laatste plaats vanwege het belabberde militaire leiderschap van Dudley, wiens officieren William Stanley en Rowland York overigens een dubieuze rol speelden door niet alleen de Schans voor Zutphen aan de Spanjaarden over te dragen, maar later ook de stad Deventer.
In 1587 vertrok Robert Dudley gedwongen weer (en voorgoed) naar Engeland.
Hij wordt opgevolgd door Willoughby (aan het hoofd van het Engelse leger - niet als landvoogd). Charles Willoughby, 2nd Baron Willoughby of Parham (1537 – 1603).
Zutphen bleef nog vijf jaar in Spaanse handen, tot 1591, waarna het, na het Beleg van Zutphen onder leiding van Prins Maurits en met behulp van de Engelse troepen onder leiding van Sir Francis Vere, weer in Staatse handen viel.
De Nederlanden 1593 - 1595
3. Sir Francis Vere: Militaire carrière
De jonge Francis Vere (ook wel Franciscus Veer) ging het eerst in actieve dienst onder de 1e graaf van Leicester, Robert Dudley, in 1985, en stond spoedig in het heetst van de oorlog die in de Lage Landen (Nederlanden) woedde.
Bij het beleg van Sluis onderscheidde hij zich sterk onder Sir Roger Williams en Sir Thomas Baskerville.
In 1588 verbleef hij in het garnizoen van Bergen op zoom, dat zichzelf bevrijdde van de (Spaanse) belegeraars door goed te vechten, en werd door Lord Willoughby op het slagveld geridderd.
In 1589 werd Sir Francis sergeant majoor-generaal van de Engelse troepen in de Nederlanden, en spoedig daarna werd het belangrijkste commando aan hem overgedragen.
Deze positie behield hij gedurende vijftien campagnes, met bijna onafgebroken succes.
In nauwe samenwerking met de Staatse (Nederlandse) troepen onder Prins Maurits van Nassau beveiligde hij het land stap voor stap als voorbereiding op de onafhankelijkheid
Francis Vere kreeg de reputatie van een van de beste soldaten van zijn tijd te zijn.
Zijn Engelse troepen kregen een zodanige samenhang en opleiding dat zij zich konden meten met de beste Spaanse troepen, en zijn kamp werd de modieuze opleidingsgrond van alle aspirant-soldaten, waartussen niet alleen zijn jongere broer Horace, maar ook mensen van aanzien zoals Ferdinando (Lord) Fairfax, Gervase Markham en Captain Myles Standish.
Sir Francis diende in the Cádiz expeditie van 1596, en werd in 1598 belast met de onderhandelingen over het verdrag, waarbij de Nederlandse overeen kwamen dat zij een groter deel van de (financiële) last van de oorlog, dan tot nu toe, zouden dragen.
Door zijn succes bij deze taak zijn verkreeg hij het gouverneurschap van Den Briel en de rang van Generaal.
De top van zijn succes verkreeg hij toen, in 1600, op het advies van Johan van Olde Barneveld, de Staten-Generaal besloten om de oorlog te voeren in het land van de vijand.
In de slag om Nieuwpoort (2 juli 1600), een van de meest wanhopig gestreden veldslagen van die tijd, versloegen Francis Vere en Prins Maurits de ervaren Spaanse troepen van aartshertog Albert volledig. Dit werd gevolgd door de beroemde verdediging van Oostende van juli 1601 tot maart 1602.
Pensionering
Toen Koning James I vrede sloot met Spanje in 1603, trok Francis Vere zich uit actieve dienst terug. Hij werd opgevolgd door zijn jongere broer Horace Vere, die reeds aan de bevrijding van Zutphen deelnam.
De inname van Zutphen in 1591 staat in het onderstaande boek beschreven:
De inname van Zutphen in 1591 staat hierbinnen in het onderstaande verslag beschreven:
Zie verder: http://www.archive.org/stream/journaal00unkngoog#page/n156/mode/1up vanaf pagina 6.
4. Horace Vere, 1ste Baron Vere van Tilbury
Als jongere broer van Sir Francis Vere, werd hij in 1565 geboren.
Hij verliet zijn huis in Kirby in 1590 om zich bij zijn broers Robert and Sir Francis te voegen, in de Nederlanden, en begon zijn dienstijd in de infanterie in gezelschap van de Sir Francis tijdens zijn ambtstermijn als sergeant-majoor-generaal.
Hij nam deel aan de bevrijding van Zutphen onder zijn broer Sir Francis Vere in 1591.
Hij raakte gewond tijdens de aanval van het Engels en Nederlandse soldaten op het fort van Steenwijk op 5 juli 1592, werd door zijn broer voorgedragen voor de leiding van een compagnie bij het beleg van Groningen in juni 1594, en werd geridderd voor zijn dapperheid bij de belegering van Cadiz in juni 1596.
Hij voerde het bevel over driehonderd infanteristen in de Slag bij Nieuwpoort onder zijn broer en na diens pensionering van het slagveld hielp hij Sir John Ogle en Sir Charles Fairfax de Engelse voorhoede van het leger te reorganiseren en bij het beleg van Oostende vervulde hij een opzienbarende rol in het afslaan van de Spaanse aanval op 7 januari 1602, toen hij (samen met Fairfax) en het commando over twaalf compagnieën, gestationeerd was op een alles beslissende plaats in de verdediging bekend als “De Duin”.
Hij werd door een splinter zwaar gewond aan het been.
Begin april 1603 werd hij door zijn broer met een bericht naar de nieuwe Koning gezonden
In Nederlandse dienst
Na de pensionering van Sir Francis Vere in 1603, nam Sir Horace zijn plaats in Nederland in, maar in eerste instantie alleen als de hoogste van de vier kolonels van de Engelse compagnieën, de anderen zijn die van Ogle, Sir Edward Cecil, en Sir Edward Harwood.
Het begin van de individuele loopbaan Sir Horace in Nederlandse dienst werd gekenmerkt door de val van Oostende op 24 september 1604 aan de Spaanse Generaal, Ambrosio Spinola.
Als tegenwicht tegen Oostende beraamde, Maurits van Nassau, Prins van Oranje de herovering van Sluys. De Spaanse Generaal bestreed de opmars naar de stad met een leger van tweeduizend man zwaar ingegraven in Damme, gelegen tussen Sluis en Brugge.
Dit leger, onder de Spaanse cavalerie-generaal, Velasco, moest worden verplaatst, een riskante operatie.
Vere won door zijn bevelvoering de goedkeuring van de Staten-Generaal.
In juli 1604 werd Spinola verslagen in een poging om de stad te ontzetten, en op 20 augustus gaf de stad zich over.
Bij de slag van Mulheim op 9 oktober 1605 werd de Nederlandse cavalerie volledig verrast, en verscheidene van de troepen verbraken de gelederen.
Vere stak de rivier met vier compagnieën infanterie over en hield de Spanjaarden voor meer dan een uur op afstand, terwijl de Nederlandse troepen de tijd hadden om zich te verzamelen en zich enigszins ordelijk terug te trekken.
De slag om Mulheim werd gevolgd door Vere’s terugkeer naar Engeland, waar hij in 1607 in het huwelijk trad..
Twee jaar later kwam het twaalfjarig bestand tussen de Verenigde Provincieën en Spanje.
Het bestand duurde van 1609 tot 1621.
De informele besprekingen begonnen in 1606 en in april 1607 werd een staakt-het-vuren uitgeroepen.
In oktober 1609 volgde Sir Horace zijn broer op als gouverneur van Den Briel.
In 1616 drong hij er bij de Nederlanden op aan en waarschuwde de stad Den Briel de door hen ontvangen leningen van Engeland terug te betalen, een lening ontvangen voor een levenlang pensioen van 800 pond als compensatie voor zijn verlies van het gouverneurschap.
Twee jaar later ontving Sir Horace van Prins Maurits het gouverneursschap van Utrecht.
Hij had eerder de prins geholpen bij het ontmantelen van en het opheffen van de provinciale heffingen, geheven namens Johan van Oldenbarnevelt.
In februari 1623 keerde Horace Vere naar Engeland terug.
Op 16 februari 1623 werd hij voor het leven benoemd tot kapitein-generaal van de militaire voorraden en materieel*, en werd hij op 20 juli 1624 lid van de raad van de oorlog.
Na de dood van zijn oudere broer John, in hetzelfde jaar, werd hij universeel erfgenaam.
*Usually held by a serving general, the Master-General of the Ordnance was responsible for all British artillery, engineers, fortifications, military supplies, transport, field hospitals and much else, and was not subordinate to the commander-in chief of the British military.
De terugkeer - voor korte tijd - van Sir Horace Vere naar de Nederlanden
In 1624 reisde Sir Horace Vere opnieuw naar Den Haag om Prins Maurits bij de verdediging van de vesting Breda, belegerd door Spinola vanaf augustus, te helpen. Maurits overleed op 23 april 1625. De enige manier die werkt om het beleg aan te pakken is door van buiten af verhoogde straatwegen aan te leggen. De nieuwe stadhouder, de broer van Maurits, Frederik Henderik, prins van Oranje, besloot de straatwegen poging toe te passen, en Vere werd geselecteerd om deze gevaarlijke operatie uit te voeren. Terwijl hij ongeveer zes duizend man met zich mee nam, waaronder driehonderd piekeniers onder leiding van zijn bloedverwant, Robert de Vere, 19e graaf van Oxford, maakte Vere er een uur voor de dageraad op de ochtend van 13 mei 1625 een begin mee. De Engels marcheerden langs de dijk, en na een hevig treffen veroverden zij de redoute (een kleine geheel omsloten veldschans met alleen uitspringende en geen inspringende hoeken).
Spinola stuurde daarop zware versterkingen naar het bedreigde punt, en, een zeer zwaar verlies lijdend, werden de Engelsen gedwongen zich terug te trekken.
Bij zijn terugkeer die zomer in Engeland werd Vere, hoog in de militaire aanzien, verheven tot Vere baron van Tilbury.
De laatste terugkeer - voor de tijd van 3 jaren - van Sir Horace Vere naar de Nederlanden
Zijn volgende onderneming in Nederland was in verband met het beleg van ‘s-Hertogenbosch, een van de belangrijkste militaire posities in Brabant, ondernomen door prins Frederik Hendrik in april 1629
De diensten van de Veres in Nederland werden afgesloten door de opmars van Nijmegen naar Maastricht (en de inname van deze stad en andere steden), in de periode van 22 mei tot 21 augustus 1632.
Vere had het bevel over een sterke brigade (3000-5000 soldaten, bestaat uit 2 a 3 regimenten), en plaatste zijn hoofdkwartier tegenover de Brusselse Poort. Onder degenen die tijdens de operaties gedood werden waren bloedverwanten van Vere, terwijl onder de gewonden zijn neef, Sir Simon Harcourt, and Sir Thomas Holles waren.
Na de inname van Maastricht keerde Vere voorgoed terug naar Engeland.
Het leven en vechten van de Vere’s wordt beschreven in het volgende boek:
5. Henry Hexham
De kwartiermeester van Sir Horace Vere was Henry Hexham, die tevens als militair verslaggever optrad.
Henry Hexham werd waarschijnlijk in de jaren tachtig van de zestiende eeuw geboren in het Holland-district van Lincolnshire.
Van 1600 tot en met 1606 diende hij als page Sir F. Vere, een Engelse militair in dienst van de Staten-Generaal.
De jaren daarna maakte hij carrière in het leger, waarin hij de rang van kapitein bereikte.
(In 1932: Kwartiermeester van het regiment van Heere Generael Veer)
De redenen om dienst te nemen bij de Engelse troepen waren van religieuze aard. Behalve dat hij actief was op het oorlogsfront, maakte hij zich ook verdienstelijk als militair verslaggever. De geschriften die door deze bezigheid het licht zagen en die zowel in het Engels als Nederlands gedrukt werden, waren in eerste instantie bedoeld om zijn landgenoten in zowel de Nederlanden als in Engeland te interesseren voor en te betrekken bij de oorlog, die voor hem als een godsdienstoorlog voelde.
6. Kapitein Treffry, de commandant van Thomas Sleijster
In zijn verslag van de veldtocht van Nijmegen naar Maastricht, van 22 mei tot 21 augustus 1632, wordt voor het eerst melding gemaakt van Kapitein Treffry de directe commandant van Thomas Sleijster.
Twee maal dezelfde tekst. De eerste maal in het boek:
http://books.google.nl/books...Trevery...
op Pagina 39.
De tweede maal wordt melding gemaakt van Kapitein Treffry in het boek:
De identieke tekst staat hieronder (Pag 34):
Hieronder vervolgt het verslag van Henry Hexham (Pag34) (zie ook de tekst hierboven).
De naam Treffrey wordt hier zowel als Treverey (boven) als Treffry of Treffery (onder) gespeld. (Pagina 35)
Het lijkt er op dat er in bovenstaand verslag over twee verschillende Treffry’s gesproken wordt.
De een is een burger en wordt hier Mr.Treffry, edelman.
De ander is Capiteyn Treverey, een militair.
Lijst met doden en gewonden
Zie ook http://books.google.nl/books....Generael+Veers....
7. De Treffry familie
Place House is een monumentaal gebouw vallend onder de monumentenzorg en gelegen in de plaats Fowey in Cornwall (Engeland).
Place House Fowey
Het is het tehuis van de Treffry familie sinds de dertiende eeuw, het originele gebouw was een vijftiende eeuwse toren. Het werd in 1475 tegen de Fransen verdedigd door Dame Elisabeth Treffry. Daarna werd het versterkt door een herbouw in de zestiende eeuw, and is sindsdien grotendeels en regelmatig verbouwd.
De Treffry’s zijn een adelijke familie die hun sporen ook bij het Engelse leger (in de zeventiende eeuw) hebben verdiend:
“For five generations, from the fifteenth to the mid-seventeenth century, the Treffry estates descended by direct male inheritance (three Thomas Treffrys, John, William, John). By the seventeenth century they had become a well-established family, serving their county as lawyers and justices of the peace, and their country in the army.”
Over de familie (geschiedenis) is het volgende boek verschenen.
(Vijf generaties lang, van de vijftiende tot het midden van de zestiende eeuw, zijn de landgoederen van de Treffry’s vererfd via een rechtstreekse mannelijke lijn (drie maal een Thomas Treffry, John, William, John).
In de zeventiende eeuw hadden ze zich tot een gevestigde familie ontwikkeld, hun provincie als advocaten en vredes-rechters dienend, en hun land als militair.)
Cornwall
Fowey
8. Treffry in Suriname
De naam Treffry komen we voor het eerst weer tegen in 1662 in de Engelse Kolonie Suriname in het:
Manuscript sources for the history of the West Indies- with special ... Door Kenneth E. Ingram ----->
(Sir Charles Pym, 1st Bart of Brymmore or Brymore (b c1620, d 1671, 2nd son)
Uit: “Nog eens Aphra Behn door DR. H. D. BENJAMINS”, met Treffry en Trefry.
Zie: http://www.kitlv-journals.nl/index.php/nwig/article/viewFile/3805/4572
Francis Willoughby, 5th Baron Willoughby of Parham (baptised 1614 – 23 July 1666)
He twice served as governor of English colonies in the Caribbean.
http://en.wikipedia.org/wiki/Francis_Willoughby,_5th_Baron_Willoughby_of_Parham
Param hill lijkt een plaatsaanduiding, en geen plantage. Toch is dit niet zo ; het was de plantage van Francis Willoughby, Lord of Parham, en werd bij de Zeeuwse overname geconfisqueerd ; alle plantages waarvan de eigenaren niet in Suriname waren werden toen n.l. geconfisqueerd. Aan de gouverneur werd de taak toebedeeld om de plantage in productie te houden als een kostgrond, zodat men verzekerd zou zijn van voldoende voedsel.
http://archiefsuriname.com/geschiedenis/plantages/surinamerivier/rama/
Suriname: een kolonie van Nederland
Suriname werd in 1667 veroverd door de Nederlanders.
De Engelse kolonisten verlieten na de invasie van 1667 massaal het land en feitelijk liep de kolonie leeg.
Maar Johan Treffry, bleef in Suriname. Mede omdat hij goed Nederlands sprak.
In een boek: “Surinaamse suikerheren en hun kerk: plantagekolonie en handelskerk ten tijde van Johannes Basseliers, predikant en planter in Suriname 1667-1689 door J.M. VAN DER LINDE. Wageningen: H. Veenman, 1966” komen we de naam Treffry tegen:
N.B. Maurice de Rama was de eerste Nederlandse gouverneur van Suriname.
Bovendien sprak Treffry voortreffelijk Nederlands.
Dat doet vermoeden dat Johan (John) Treffry voor 1662 in Nederland moet hebben gewoond. (zie ook hierboven de verwijzing naar de correspondentie met de staten van Zeeland.)
Het is dus zeer wel mogelijk dat deze Johan Treffry dezelfde is als de Mr Treffry, edelman, onder Generael Veer (Sir Horace Vere) tijdens de veldtocht van Nijmegen naar Maastricht in 1632.
De ander Capiteyn Treverey, een militair is mogelijk dezelfde is als Capt. Treffrey (Treffey of Trefrey), commandant van Thomas Sleijster in Zutphen.
John Treffry stierf in 1674 in Suriname.
(Uit: Oroonoko ; The rover, and other works Door Aphra Behn,Janet Todd)
Dat John Treffry ook actief was in de begintijd van de Nederlanders in Suriname blijkt uit het volgende:
Treffry in Suriname: Hoofdstuk 4: ‘Vallen en opstaan’ 1650-1680
Zie: http://dare.uva.nl/document/147383
“De schippers waren echter moeilijk te controleren, zoals in 1668 blijkt uit correspondentie van Treffry over een hoecker uit Zeeland die bij de Marowijne was binnengelopen en daar drie weken had gelegen.”
en
“In 1668 kochten de Nederlandse autoriteiten in Suriname voedsel bij de Marowijne, zoals blijkt uit een brief van Treffry. noot 216”
8a. Capiteyn Trevery, de commandant van Thomas Sleijster
Treffry, weduwe (Treveri); weduwe van Henry Treffry († 1644); kapitein in het Staatse leger: II 9
Uit: Gloria Parendi. Dagboeken van Willem Frederik, stadhouder van Friesland, Groningen en Drenthe, 1643-1649, 1651-1654 (1643-1654)
http://dbnl.nl/titels/titel.php?id=will077glor01
Kies: Alle titels en zoek in de tekst op: Dagboeken van Willem Frederik
http://dbnl.nl/tekst/will077glor01_01/index.php
En uit het “Dagboek 1644” van Willem Frederik:
[9]
Aen de weduwe van captein Treveri een pension belooft van seuventich gulden, soolang sie leeft. - De eedelen van Hollandt sijn mit haere stemmen gegaen tegens S.H. aengaende de person van d'ontfanger-general, S.H. stemmende Berckel, de nobelen de commis Ketting.
Mogelijk is dit de kommandant van Thomas Sleijster: Capiteyn Henry Treffry.
en: http://www.genealogytoday.com/surname/finder.mv?Surname=Treffry
Kies onder “Getting started” de optie : Free Treffry results at FamilySearch.org
Nog Treffry’s gevonden op: http://www.genealogyplace.com/surnames/t22032905.html
(pagina’s ......902 t/m .....908)
of op http://www.genealogyplace.com/ en kies dan: “Search by Name. Click on a name range below.”
De enige Henry Treffry die in aanmerking komt is de volgende:
Henry Treffry
vader John Treffry
moeder Emilyn Tresithny
|
geboren 1583
geboren 1536
geboren 1536
|
overleden 1644
overleden 1590
overleden 1604
|
Deze is in de goede periode geboren, in Engeland niet getrouwd, voor 1644 in “Staatse dienst” getreden en waarschijnlijk met een Nederlandse vrouw getrouwd.
Voor wat betreft John (Johan) Treffry, de Edelman die later naar Suriname is gegaan komt de volgende Treffry het meest in aanmerking:
John Treffry gb 26-01-1594 gt 17-10-1619 ov 24-09-1658
Bridget Champernon gb 07-09-1598 ov 15-4(of 9)-1650
Minder waarschijnlijk lijken:
John Treffry gb 01-06-1608 gt 20-06-1634
Mary Bowdon gb ±1610 ov 12-07-1672
(Bowden)
of
John Trefrie gb 23/10/1608 zoon van Roger Trefrie
22 april 1627: Huwelijk Capt. Treffry
Geboorte dochter van Treffry
28 november 1632: Voorgenomen huwelijk van een soldaat onder Treffry
(op 6 mei ingeschreven - Treffry niet in Zutphen i.v.m. veldtocht van Nijmegen naar Maastricht)
9. John Treffry Esq. en Thomas Sleijster naar Nederland
In http://en.wikipedia.org/wiki/Eighty_Years'_War#Endgame_.281640-1648.29 lezen we het volgende:
“When James sent 4,000 English troops in September 1620, those were armed and transported by the Dutch, and their advance covered by a Dutch cavalry column.”
Er zijn een paar argumenten die hiervoor pleiten:
1.
2.
3.
4
.
5.
6.
7.
|
Captain Henry Treffry en Thomas Sleijster zijn in militaire dienst en zijn dan ongeveer 37 en 20 jaar oud. John Treffry 26 jaar oud.
Het twaalfjarig bestand duurde van 1609 tot 1621. Het in logisch dat tegen het eind van het bestand nieuwe troepen aangevoerd worden.
Deze troepen worden, als ze niet op veldtocht zijn, over een aantal garnizoenen in verschillende steden verdeeld.
Captain John Treffry en zijn compagnie, waaronder Thomas Sleijster, worden in Zutphen ingekwartierd, waar Thomas Sleijster op 16 november 1625 (op 25 jarige leeftijd) trouwt met een weduwe. Dit is in die tijd een heel normale zaak, omdat de vrouw, na de dood van haar echtgenoot, zonder inkomsten zit en dus het beste weer kan trouwen en daar komen dus ook militairen voor in aanmerking.
Het huwelijk van Thomas Sleijster liep uit op een scheiding, zoals blijkt uit een stuk, dat op 3 mei 1637 bij het tweede huwelijk van Thomas werd overgelegd, n.l. de kerkelijke huwelijksafkondiging tussen "George Bord, militair onder C. Broun, en Marije Loon, wed v Vespasiaen Loon". (Een huwelijksinschrijving van hen is niet gevonden.)
Captain Treffry en zijn compagnie zijn van 22 mei tot 21 augustus 1632 niet in Zutphen, maar op veldtocht van Nijmegen naar Maastricht. Het is onzeker wanneer en of zij in Zutphen terug zullen keren. Hierdoor is het waarschijnlijk dat de vrouw geen inkomsten heeft en dus wel moet scheiden om daarna opnieuw te trouwen.
Blijkbaar zijn Captain Treffry en zijn compagnie in 1934 weer in Zutphen omdat in 1634 op een inkwartieringslijst van het garnizoen van Capt. Treffey (of: Trevery) vermeld stond: Thomas Sleijster, Sargiant, woont "op syn eygen".
Captain Treffry en zijn compagnie blijven in Zutphen gelegerd. Op 3 mei 1637 werd het 2e huwelijk van Thomas Schleisser, dienend onder Captain Treffry, met Anneken Willems gesloten. Zij was net als zijn eerste vrouw, een weduwe.
Uit dit huwelijk werden 4 kinderen geboren en is het bekende begin van de stamboom.
|
10. Ten Slotte
Captain Henry Treffry verbleef in ieder geval van 1620 tot 1637 (waarschijnlijk tot zijn overlijden in 1644 ?) in Nederland, waarvan de meeste tijd in Zutphen.
Over John Treffry is in deze tijd niets verder bekend, maar hij heeft in deze tijd perfect Nederlands leren spreken.
Op 6 mei 1650 dient Thomas Sleyser, als sergeant onder Captain Coecke.
Zeer waarschijnlijk een Nederlandse officier.
Blijkbaar is John Treffry naar Engeland vertrokken.
Zeker voor de Eerste Engels-Nederlandse oorlog van 1652-1654.
In 1662 verblijft hij in Suriname (Engelse kolonie), maar blijft na de verovering door de Zeeuwen in 1667 in Suriname omdat hij perfect Nederlands spreekt.
Blijkbaar heeft hij ook zijn connecties met de Zeeuwen (West Indische Compagnie).
Ergens tussen augustus 1632 (de inname van Maastricht) en 1650 moet hij weer terug naar Engeland zijn gegaan en vandaar later naar Suriname.
Toen de Engelsen uit Zutphen teruggeroepen werden is Thomas Sleijster daar gebleven.
Omdat kapitein Treverey mee heeft gevochten in de opmars van Nijmegen tot Maastricht in 1632, is het m.i. aannemelijk dat Thomas Sleijster daar ook meegevochten heeft.
De stamboom zegt:
“Op 16 november 1625 trouwde Thomas Sleijster, militair onder Capt. Treffreij, in Zutphen.”
“In 1634 stond op een inkwartieringslijst van het garnizoen van Capt. Treffey (of: Trevery) vermeld: Thomas Sleijster, Sargiant, woont "op syn eygen".”
Aangezien tussen 1572 en 1586 Zutphen steeds wisselende bezettingen had en de Spaanse troepen van 1586 tot 1591 Zutphen bezet hebben gehouden, lijkt het mij onwaarschijnlijk dat Thomas Sleijster toen al in Zutphen is geboren of heeft gewoond. Temeer daar het zeer waarschijnlijk is dat hij van Engelse oorsprong is.
De de eerste graaf van Leicester, Robert Dudley, is maar een paar jaar in Nederland geweest, n.l. van 1585 tot 1587.
Daarom is het onwaarschijnlijk dat Thomas een zoon van deze graaf is.
11. Losse eindjes .....
Sley
"Sley" is een Engels woord en betekent o.a. "weverskam" en je spreekt het uit als "slei". Meervoud: sleys
Zie: http://www.thefreedictionary.com/Sley
of: http://dictionary.reference.com/browse/sley
Nu zijn er veel namen "Sley" uit het verleden te vinden, maar niet een met de naam Thomas.
Ik heb echter een paar namen Sleys" gevonden.
Margeria Sleys gedoopt op 31-01-1584 in Wisbeach-St. Mary, Cambridge, England.
N.B.: de vader van Margeria heet Thomae Sleys.
Verdere gegevens ontbreken.
Los daarvan staat het huwelijk tussen:
Sarah Sleys en Robert Walton van 26-08-1771 in Steeple Claydon, Buckingham, England
De naam Sleyter
In Engeland zijn sporen van mensen met de naam Sleyter te vinden.
Mogelijk zijn dit voorvaderen van Thomas Sleijster.
Jone (of Jane) Perkyns ook Jeyn Sleyter
in 1528 waarschijnlijk ongetrouwd
op 31 July 1538 getrouwd en levend
g.m. Sleyter verder onbekend
Te vinden op: http://www.archive.org/stream/notesonperkinsfa00perk/notesonperkinsfa00perk_djvu.txt
Het boek op: http://www.archive.org/details/notesonperkinsfa00perk
Verder:
11. THOMAS SLEYTER - International Genealogical Index
Gender: Male Marriage: 28 APR 1597 Thornton Curtis, Lincoln, England
g.m. Cicily Wilson
4. JOHN SLEYTER - International Genealogical Index
Gender: Male Marriage: 15 OCT 1553 Saint Margaret, Westminster, London, England
g.m. Anne Bennett
Te vinden op:
Met de exacte spelling uitgezet:
http://www.familysearch.org/Eng/Search/ancestorsearchresults.asp?last_name=Sleyter
Met de exacte spelling aangezet:
http://www.familysearch.org/Eng/Search/ancestorsearchresults.asp?standardize=N&last_name=Sleyter
Onze Thomas?
In Engeland heb ik een Thomas Sleyter gevonden die in 1594 gedoopt is, en zijn zuster, maar niet zeker is dat dit onze Thomas is:
Thomas Sleyter [England Births and Christenings, 1538-1975]
Gender : Male
Baptism/Christening : 1594 Baston, Lincoln, England
Fathers name : John Sleyter
21C. Mary Sleyter [ International Genealogical Index / BI]
Gender : Female
Christening : 02 FEB 1598 Baston, Lincoln, England
Father : John Sleyter
Als dit onze stamvader Thomas is, zou dat wel toevallig zijn, omdat er behalve het jaar van geboorte geen enkele aanwijzing voor is. Dit zou dan betekenen dat Thomas in 1620 26 jaar oud is, hetgeen zou kunnen.
Toen hij in 1625 voor de eerste maal trouwde was hij dus 31 jaar.
Hij moet nog niet zo lag in Zutphen ingekwartierd zijn geweest (vanaf 1623/1624 ??) omdat hij de eerste militair was, die als soldaat van Cpt Treffry met een Zutphense trouwde. (ook gezien zijn leeftijd is het niet gek dat hij met een weduwe trouwde).
Duidelijk is wel dat de naam Sleyter vaker, en verspreid over Engeland, voorkwam.
Binnen deze familie is Thomas geen ongewone voornaam.
Sleytser
Tenslotte vond ik nog een schrijven van de Staten Generaal naar de Engelse regering (?)
Hierin wordt een Sleytser genoemd (die uit Brandenburg Duitsland komt ?). De verdwenen tak van Jurrien ??
https://www.british-history.ac.uk/report.aspx?compid=55416
Sleytser op 19 november 1655
A letter of intelligence from the Hague.
Vol. xxxii. p. 257.
[Paragraph contains cyphered content - see page image]
The protector: waarschijnlijk Oliver Cromwell (dec 1653 – sept 1658)
P. S. I understand, that on the behalf of Brandenburg there is also one come to protector, one called Sleytser; but those of Brandenburg, as being asham'd to have correspondence with protector do deny it; at least say, that he hath no character, and that he doth not do any thing but correspond. I would willingly know the truth of this.
Coecke
De naam Coecke kan zowel uit Nederland als uit Engeland komen.
Maar omdat op 6 mei 1650 Thomas Sleyser, als sergeant onder Captain Coecke dient, is Coeke van Nederlandse origine of een Engelsman die hier ook is blijven hangen.
Coeck of Coecke komt vooral in Belgie voor. Minder in Nederland en Noord Frankrijk. Dat pleit voor een Nederland-Belgische afkomst.
Coecke kan ook een verbastering van Coock of Coocke zijn. In dat geval ligt de oorsprong in Groot-Brittanie.
Zie onderstaande voorbeelden:
nr. 28: the full-coloured map of Bahia in Brasil by Mr. Goos Coecke, perhaps a grand-son of the famous architect Pierre Coecke (1502-1550)
Alsoo die nu naer alle voordeelen bebolwerckt wort nae de ordre van de Heer Johan van Dort Cornel ende den Heer Allart Schoutens bepaelt ende gecaerteert by Meester Goos Coecke, ingenieur van de bewindhebbers der geoctroieerde Westindische Compagnie ... 16 November 1629.
Afb. 1 en 2 Twee kaartjes van Zacharias Heyns uit 1598
verbeterde uitgave door J. de Lat en gegraveerd door Gerardus Coeck ...
Koecke Abraham Geb. Noorwitz, Engeland. Soldaet onder capt.
Courtneij in guarnisoen alhier 3-5-1631 Ondertrouw te Geertruidenberg met
Janneken Leeuarts, geb. Beers in Vlaenderen, ! wed. van Charles Petit, woonende mede alhier.
Francis Coeck (=Cook?) Geb. Engeland. Soldaat onder Sijdenham
10-6-1635 Ondertrouw te Bergen op Zoom met Martha Teitel, wed. van Brijandt Teitel
Francis Coeck Geb. Engeland. Soldaat onder Sijdenham
22-11-1636 Ondertrouw te Bergen op Zoom met Elisabeth Tomso, geb. Engeland
Coeck en Koecke in Nederland gevonden in:
http://www.markiezenhof.nl/component/option,com_genealogie_zoeken/Itemid,36/lang,nl/
Zie ook onder:
http://www.familysearch.org/Eng/Search/ancestorsearchresults.asp?last_name=Coecke
http://www.familysearch.org/Eng/Search/ancestorsearchresults.asp?standardize=N&last_name=Coeck
Bron:
Het bovenstaande artikel en de illustraties heb ik ontvangen van Joop Sleijster.
27-6-2011
|